De discussie over een verhoging van het gewicht in Duitsland ligt uitermate gevoelig en speelt al jaren. Vervoerders- en verladersorganisaties zien graag dat de gewichtsgrens voor nationaal vervoer, net als in veel andere landen, van de huidige 40 ton wordt opgetrokken naar 44 ton. Dezelfde waarde die voor het intermodaal vervoer geldt. De Duitse overheid houdt dit steeds tegen vanwege de slechte staat van veel bruggen en de angst voor meer wegschade. Ook vanuit de spoorlobby is er veel weerstand tegen een verhoging.
Voorafgaand aan het antwoord van de overheid heeft het Duitse Verkeersministerie (BMDV) een rondvraag gehouden onder de deelstaten of zij kunnen instemmen met een verhoging van het gewicht. Alle deelstaten zouden een verhoging hebben afgewezen. Dat maakt het niet makkelijker om hier wat in te veranderen.
Weinig kansrijk
Het bericht uit Duitsland belooft weinig goeds voor de komende herziening van EU-vervoersrichtlijn 96/53/EG. Op basis hiervan geldt voor het grensoverschrijdende vervoer in de EU een maximum gewicht van 40 ton. Voor het nationale vervoer mogen de landen een hoger gewicht toestaan. Wat Duitsland dus niet wil. Met het oog op verdere verduurzaming van het transport, het verhogen van de efficiency en de chauffeurstekorten ligt er een wens om de huidige 40 ton grens uit de richtlijn te verhogen naar 44 ton. TLN is daar, net als vele andere organisaties, groot voorstander van. Met de nieuwe afwijzing van Duitsland voor een verhoging naar 44 ton voor nationaal vervoer, lijkt een poging voor een hoger gewicht voor het internationale vervoer (wat Duitsland dan zou moeten toestaan) weinig kansrijk.