Waarom kiest een tiener voor een militaire carrière?
‘Mijn vader diende in de oorlog, deed verzetswerk en ik begon na te denken over de vragen ‘is vrede, veiligheid en vrijheid gratis?’ en ‘wat doe jij er voor?’ Ik wilde niet naar de universiteit, maar de militaire academie leek me wel wat.’
Heeft u de afgelopen veertig jaar nooit een carrièreswitch overwogen?
‘Ik kwam terug van een spannende periode in Libanon, waar ik verantwoordelijk was voor honderdvijftig militairen. Vlak erna zat ik voor een cursus in de schoolbanken, maar mijn hoofd zat nog in Libanon. Ik dacht eraan om defensie te verlaten, maar mijn vrouw drukte me op het hart om pas een besluit te nemen zodra ik beter in mijn vel zat.’
Wat zorgde ervoor dat u bleef?
‘In Libanon ontdekte ik hoe leuk ik het vond om leiding te geven. Mijn naaste medewerkers prezen mijn capaciteiten. Dat opende mijn ogen. Daarna heb ik altijd geprobeerd om commandantfuncties te krijgen. Dat lag me en bij defensie hanteren we het principe van eenhoofdige leiding: als iets gebeurt, ben jij verantwoordelijk. Je begint met 40 man, dat worden er 500, uiteindelijk 70.000.’
Als u terugkijkt, wat is een mooi moment op het gebied van leiderschap?
‘Eén bijzonder moment was toen ik Commandant van de Luchtmobiele Brigade en leidinggevende van een paar duizend man werd. Defensie had tien jaar gestoken in het opwerken van die eenheid en voor miljarden aan materiaal gekocht. Wij moesten een zware operationele eindtest doen. Na afloop kregen we het rapportcijfer ‘9+’. Zelfs Amerikaanse waarnemers, ervaren in vergelijkbare concepten, vonden ons werk ‘verrekte goed.’ Dat maakt je wel trots.’
Tijdens uw carrière schreef u alle waardevolle lessen die u leerde op. Waarom?
‘In het laatste jaar van mijn opleiding kreeg ik de opdracht om zo’n boekje bij me te dragen en alles op te schrijven wat ik belangrijk vond. Ik ben altijd blijven schrijven.’
Waar bent u het meest trots op in uw leven als u terugkijkt?
‘Qua werk, dat mensen altijd deden wat ik vroeg en het lukte om draagvlak te creëren en te zorgen dat mensen er voor gingen. Privé ben ik trots op hoe wij, mijn vrouw, onze dochter en schoondochter in het leven staan. Het overlijden van onze zoon, broer en partner, Dennis, is het meest ingrijpende wat in ons leven is gebeurd. Je wereld stort in, zo simpel is het. Uiteindelijk hebben we met zijn vieren besloten om onze blik vooruit te houden. We hebben elkaar de ruimte gegeven om op onze eigen manier met het verlies om te gaan, zonder elkaar los te laten.’
U bleef werken. Waarom ging u door?
‘Mijn vrouw en ik hebben tegen elkaar gezegd ‘als je nu stopt, verlies je niet alleen Dennis, maar ook alles waar hij en wij in geloofden.’ Dat hebben we besproken met onze dochter en schoondochter en toen hebben we besloten om door te gaan met ons leven. We wisten niet of we daartoe in staat waren, maar het is gelukt. Militairen zijn ook mensen die doorgaan waar anderen stoppen. Als je leidinggevende bent van 70.000 militairen, moet je een voorbeeld geven. De samenleving keek naar mij. Wat gaat hij doen? Dat is het moment waarop alles samenkwam in mijn leven. En heb ik alles wat in mij zat, gebruikt om keuzes te maken en door te gaan.’
Ook dat is leiderschap. Wat is volgens u goed leiderschap?
‘De basis van leidinggeven, is het veranderen van het gedrag van anderen in de richting die jij wil. Als je gedrag wilt beïnvloeden, moet je proberen om in het denken van mensen te komen. Managers motiveren, leiders motiveren én inspireren. Om dat te bereiken, moet je vertrouwen creëren. Bij defensie moet je elkaar zelfs blindelings vertrouwen.’
Hoe word je een goede leider?
‘Het begint bij je morele kompas. Mensen voelen hoe je in de wedstrijd zit. Ik ging nooit voor mijn carrière, ik wilde mijn werk taak goed uitvoeren. Het verschil tussen het bedrijfsleven en defensie is dat het bij ons om leven en dood gaat. Je moet je vak beheersen, goede plannen maken en die goeduitvoeren. Anders vallen er straks slachtoffers. In die zin was ik best veeleisend, maar op een manier die mensen accepteerden.’
Hoe belangrijk is de rol van logistiek binnen defensie?
‘De gevechtseenheden vinden zichzelf cruciaal. Maar als ze mazzel hebben, hoeven ze tijdens hun carrière niet een keer met scherp te schieten. Terwijl mensen in de logistiek dat elke dag doen. Zij zijn met de kern van hun vak bezig: brandstof, eten, munitie en materieel regelen, zodat de rest zijn werk kan doen.’
Napoleon strandde in Rusland dankzij gebrekkige logistiek. Bepaalt logistiek of je oorlogen wint?
‘Op logistiek lopen vaak oorlogen mis. In het bedrijfsleven is dat niet anders. Als je in de bouw 99 van de 100 materialen hebt, maar één cruciaal materiaal ontbreekt, kun je niet verder. Zelf was ik voortdurend met logistiek bezig: zorgen dat mijn mensen spullen hadden die ze nodig hadden. Een voorbeeld? De eerste commandant ging naar Afghanistan op verkenning en kwam terug met een A4’tje met spullen die hij nodig had. Op één artikel na heb ik alles geregeld.’
Wat stond zoal op het lijstje?
‘Nachtzichtapparatuur en granaatwerpers, waarmee je op relatieve korte afstand met een boog kunt schieten, wat handig was in heuvelachtig landschap. Wij hadden die niet, maar de Duitsers zouden ze krijgen. Met de toenmalige Commandant der strijdkrachten ben ik naar hen toegegaan om te vragen of we een aantal konden overnemen. Onze Duitse collega’s stelden één wedervraag: ‘hebben jullie ze écht nodig? Ja? Dan gaan we dat regelen!’
Hoe belangrijk is logistieke samenwerking met andere landen?
‘Enorm! Als je dingen samen kunt doen, ben je veel efficiënter. Daarom werken we ook veel samen met civiele bedrijven. Zo werd het onderhoud aan onze voertuigen in Afghanistan gedaan door monteurs van civiele bedrijven die bij ons op het kamp zaten. Die kruisbestuiving mag voor mij nog veel verder gaan.’
Stuitte u tijdens missies vaak op logistieke uitdagingen?
‘Als je met 2000 soldaten naar Afghanistan gaat, heb je voor elke militair een container vol spullen nodig. Je moet twee kampen opbouwen. Dat is een enorme logistieke uitdaging waar we een jaar mee bezig waren. Alleen essentiële goederen, zoals radioapparatuur gingen via de lucht. De rest moest per schip naar Pakistan en dan per truck op tijd aankomen in Afghanistan. Uiteindelijk moest alles ook weer terug.’
Kwamen jullie onvoorziene uitdagingen tegen?
‘Je loopt altijd tegen uitdagingen aan. Mensen bij defensie en in de logistiek zijn over het algemeen goed in improviseren. Alleen wordt bij de planning vaak gezegd ‘dat regelen we later wel’. Maar dan maak je de uitdaging van het improviseren groter. Ik zei altijd tegen mijn militairen: ‘Het feit dat je goed kunt improviseren, is geen excuus om vooraf niet goed te plannen. Onderweg komen er genoeg verrassingen waarbij je je improvisatietalent kunt gebruiken.’
Ketensamenwerking is binnen de logistiek een belangrijk thema, bij defensie ook?
‘Ja, op enig moment vroegen landmachters in de Iraakse woestijn om pallets met Nederlands zand. Die werden geregeld, maar bleven dagen op de luchthaven van Eindhoven staan. De luchtmachters dachten dat het een grap was. Uiteindelijk legden de landmachters uit dat het specifieke Nederlandse zand nodig was, om water in de putten die ze sloegen, te filteren. Door niet goed te communiceren, zaten ze dagen zonder water. Als leider moet je zorgen voor vertrouwen in de logistieke keten. Daar zijn maar twee dingen voor nodig: verbinding en een veilige omgeving. Als wij dat hadden, was er over dat zand gepraat en was het meteen geleverd.’
Hoe zorg je voor vertrouwen in de logistieke keten?
‘Het begint met elkaar met respect behandelen. Als je een ander met respect behandelt, is de kans groot dat je respect terug krijgt en dat is goed voor je zelfrespect. Dat is in de logistiek cruciaal, daarop wordt uiteindelijk het onderlinge vertrouwen gebaseerd.’
Net als in andere sectoren, is het in de logistieke sector lastig om aan mensen te komen. Heeft u een laatste tip vanuit uw defensietijd?
‘Dat je degene die je binnen wil halen, goed moet begrijpen. Bij defensie hadden we een tijd waarin we bonnen in televisiegidsen stopten, terwijl de jeugd allang op internet zat. Je moet potentiële werknemers in hun eigen interesseveld en -omgeving zoeken. Ik had altijd de stelregel bij oefeningen dat de laatste actie succesvol moest zijn: doel genomen, patronen verschoten. Met dat beeld gingen mijn militairen het weekend in. Wat is er nou mooier dan dat ze op een festival of in een discotheek vol enthousiasme vertellen dat ze bij een fantastische club werken. Betere reclame krijg je niet.’
Dit artikel is reeds geplaatst in HUB, hét ledenblad van TLN. Auteur: Suzanne Docter. Beeld: Assemblee Speakers.