‘Ik vind ondernemen ontzettend leuk. Op de havo maakte Quinten van Dobben (36) al een ondernemersplan om versproducten te verkopen bij benzinestations. ’Tegenwoordig vormen benzinestations de grootste keten van broodjeszaken van Nederland, toen niet. Ik was te jong om mijn plan uit te voeren, maar wist wel dat ik ondernemer wilde worden.’
Inmiddels staat hij vijf jaar aan het roer van transportbedrijf Transportcentrale Rotterdam. ’Een mooi bedrijf. We vervoeren zeecontainers, maar ook trailers met papier en speciaal transport. We hebben 65 mensen in dienst en 50 vrachtwagens. Dagelijks huren we 30 tot 40 wagens in.’
En dat gaat 24/7 door. ’Je bent bezig met de toekomst. Hoe ziet je bedrijfsvoering er over tien jaar uit? Tegelijkertijd kijk je naar de kansen van vandaag en morgen. Zelfs als ik zaterdagavond tv kijk, gaan mijn gedachten soms automatisch naar wat er de afgelopen week gebeurd is. Hoe we die ingewikkelde aanvraag toch konden fiksen. En of ik nu twee of drie trailers moet bijkopen.’
Van Dobben staat altijd aan. ’Ik heb vier jonge kinderen en heb het geluk dat mijn vrouw ook uit een ondernemersgezin komt. Het maakt niet uit als ik om tien uur ’s avonds thuiskom. We doen dit samen.’
Duurzaamheid
Regelmatig praat hij met andere jonge transporteurs over uitdagingen in de sector. Een belangrijk gespreksonderwerp is duurzaamheid. ’Dat gaat veel verder dan de aanschaf van elektrische of waterstofwagens en het opwekken van zonne- of windenergie. Het gaat er ook om dat je je transport en logistiek duurzamer en efficiënter inricht.’
Voor de sector ziet Quinten ‘nog wel beren op de weg’ wat betreft de energietransitie die in aantocht is. ’Het elektriciteitsnet is niet op elektrisch rijden ingericht. Er zijn nog nauwelijks snellaadplekken voor vrachtwagens langs de snelweg… In 2030 moet iedereen emissievrij rijden. Of dat lukt?’
Een ander knelpunt dat hem zorgen baart, is het personeelstekort. ’Het beroep van vrachtwagenchauffeur is niet aantrekkelijk genoeg. In de regio Rotterdam hebben we grote concurrentie van de bouwsector en de haven. Ik wil de politiek oproepen: maak het interessanter voor jongeren om een transport- of logistiekopleiding te volgen. Geef mbo’ers ook een studiebeurs en een ov-jaarkaart. We hebben dringend extra praktische mensen nodig.’
‘Ook zonder mij moet alles doordraaien’
Het 25-jarig jubileum van JLN Transport viel in de coronapandemie en ging stilletjes voorbij. Wel werd dit moment aangegrepen door de ouders van Joey Nijkamp (36) om het bedrijf aan hun zoon over te dragen. ’Mijn moeder werkt nog op de administratie en zit uit belangstelling bij vergaderingen van het MT. Als ik mijn vader om raad vraag, zegt hij vaak: dat moet jij beslissen.’
Nijkamp staat aan het hoofd van een bedrijf met 100 medewerkers, 15 flexkrachten en 60 wagens. ’Veertig procent van ons transport gaat naar consumentenbedrijven, twintig procent naar supermarkten. De rest bestaat uit palletdistributie in een internationaal netwerk en sneltransport.’
Hij ondervindt veel steun van zijn zusje Lincy (34). ’Ze wilde de kinderopvang in. Maar werkt hier nu ook fulltime. Op papier ben ik de enige aandeelhouder. In de praktijk doen we veel samen.’
Hoe het bedrijf er over tien jaar uitziet? ’Zo ver kijk ik niet, haha. De afgelopen jaren zijn we flink gegroeid. We groeien door, maar door externe factoren zoals de coronapandemie en personeelstekort minder hard.’
Als belangrijke uitdaging nu ziet hij de emissievrije toekomst. ’Vanaf 2025 mag je de stad niet meer in met vervuilende voertuigen. Er zijn nog geen goede alternatieven. Hoe lossen we het probleem met elektrificatie op?’
Doorzettingsvermogen
Voordat Nijkamp het bedrijf overnam, werkte hij er 13 jaar. ’Ik ben met het bedrijf opgegroeid en begon als logistiek manager.’ Zo kon hij in zijn rol groeien. ’De belangrijkste les die ik de afgelopen jaren heb geleerd, is tot tien tellen en emoties niet de overhand laten nemen. Mijn ouders koersten veel op hun gevoel. Ik laat me meer leiden door cijfers en feiten.’
Wat hij van zijn ouders meekreeg, is een onstuitbaar doorzettingsvermogen. ’Niet alles lukt in één keer. Daarnaast was mijn vader nooit bang om zaken te doen. Die kocht bij wijze van spreken al vrachtwagens als hij een mooie kans zag voordat iets rond was. Soms dacht hij te kort na, ik te lang.’
Natuurlijk is er genoeg dat hij anders doet. ’Mijn vader is niet zo van de computers. Nu hebben we als bedrijf een sterke focus op IT. We hebben processen geautomatiseerd en waren een van de eerste met een eigen app voor de chauffeurs.’
Verder stamt zijn vader uit de tijd dat je als directeur als eerste op de werkvloer was en ’s avonds het licht uit deed. ’Ik ben net terug van vijf dagen Kroatië en heb mijn mail en telefoon niet gecheckt. Ik kan alles steeds beter loslaten. Ook zonder mij moet alles doordraaien.’
Duurzaamheid gaat verder dan de aanschaf van elektrische wagens
‘We groeien met onze klanten mee’
Aan school had Alexander van Eeden Petersman (33) een hekel. Pas op het ROC Scheepvaart- en Transportcollege (STL) begon hij het interessant te vinden, vertelt hij lachend. Hij begon daarna met een hbo-opleiding, maar verruilde school voor de werkvloer toen hij op zijn twintigste de kans kreeg om containertransportbedrijf Vepco op te starten.
’Mijn vader heeft me geholpen met opstarten en was een goede leermeester. Verder heb ik het vak in de praktijk geleerd. We begonnen met zijn tweetjes op kantoor. Nu hebben we 70 eigen auto’s, een stuk of 40 charters en 100 medewerkers. En timmeren we hard aan de weg.’
Het team waarmee Alexander samenwerkt is jong. ’Op kantoor zijn veel collega’s jonger dan 35 en heel gedreven. Ik probeer werknemers bewust vrijheid en vertrouwen te geven. Zo krijg je vernieuwende ideeën en kom je verder.’
Zijn vader komt elke week nog koffiedrinken en geeft dan advies. ’Maar ik doe het nu alleen.’ Wel spart hij graag met jonge collega-ondernemers. ’We bellen elkaar en zien elkaar op netwerkbijeenkomsten. Je leert veel van elkaar.’
Alexander is een enthousiaste verteller. ’Als je in de logistieke wereld zit, laat die je niet meer los. Geen dag is hetzelfde. Eén vraag die me continu bezighoudt, is: hoe kunnen we het anders doen?’
Personeelstekort
Hij vervolgt: ’We leven in een bijzonder hectische tijd waarin veel op verschillende vlakken gebeurt.’ Een grote uitdaging waarvoor hij zich gesteld ziet, is het groeiende personeelstekort. ’Het beroep vrachtwagenchauffeur is niet sexy. Gelukkig lukt het nog wel om aan mensen te komen. We leiden ook zelf veel mensen op die uit totaal andere sectoren komen, in samenwerking met STL.’
Een andere grote uitdaging is de duurzaamheidsslag die de transport- en logistieke sector de komende jaren moet maken. Vepco heeft een innovatiecoördinator in huis en is betrokken bij diverse onderzoeken en overlegorganen die zich buigen over duurzaamheid. ’Er wordt veel van de sector verwacht de komende jaren. Maar het is op dit moment nog veel voordeliger om met dieseltrucks te rijden. Als je wilt elektrificeren, moet je ook je klanten meekrijgen.’
Hoe zijn bedrijf er over tien jaar uit ziet? ’We hebben binnen de containerbranche al een transitie doorgemaakt met de automatisering van processen. Over tien jaar rijden we waarschijnlijk met hybride wagens. Als bedrijf richten we ons wellicht ook op landen buiten de Benelux. We groeien met onze klanten mee.’