Dierwaardig transport met hogere temperaturen

Gelukkig is het voor de dieren tijdens het transport weer wat koeler. Maar de zomer is nog niet voorbij. Naast het hitteprotocol vinden betrokken en innovatieve vervoerders ook wegen om hun dieren onder moeilijke omstandigheden toch dierwaardig te transporteren. ‘Voor ons lag de focus altijd al op dierenwelzijn.’

Veevervoer

Voor Frank Mandersloot, directeur van pluimveetransporteur Mantrans BV uit Renswoude, is dierenwelzijn al jaren een hot topic. Zo was hij de eerste Europese transporteur met een drinkwatervoorziening bij pluimveetransporten. ‘Voor ons lag de focus altijd al op dierenwelzijn in plaats van regelgeving. Om de transportomstandigheden voor pluimvee ook bij extreme temperaturen aangenaam te houden, moet je innovatief zijn. We zochten niet alleen naar een technologisch werkende oplossing, maar naar eentje die ook financieel haalbaar is voor de markt.’ Mantrans werkt daarvoor al jaren nauw samen met carrosseriebouwer Van Ravenhorst uit Barneveld.

Klimaatcontrole
Er zijn al goede koelingssystemen in de markt, vervolgt Mandersloot. ‘Het koelen van lucht is het probleem ook niet, een gelijke verdeling van gekoelde lucht door de hele wagen, dáár wringt de schoen.’ Daar kwam nog een complicerende factor bij, want waar veevervoerders hun dieren los door de wagen kunnen laten lopen, daar rijden pluimveehouders in kratten of containers en hanteert iedere slachterij een eigen systeem. ‘We moesten dus een actief koelingssysteem ontwikkelen waarmee we voor iedere slachterij pluimvee kunnen rijden. Dat betekent dat bij het laden de zijkanten van de wagen volledig open en het dak omhoog moet kunnen.’ Het bleek een breinbreker, want hoe maak je een auto helemaal open om hem vervolgens weer af te kunnen sluiten en hem óók nog te kunnen ventileren en koelen? En daarbij legt Mandersloot de lat hoog. ‘Het gaat erom de gekoelde lucht goed zodanig te verdelen, dat de temperatuur maar ook de luchtvochtigheid op vrijwel gelijk is elke plek in de auto. Vaak zie je namelijk dat de temperatuur op de warmste plek in een wagen al snel vijftien graden hoger ligt dan op de koelste plek. ’

35+ geen harde grens meer
Uiteindelijk lukte het Mantrans en Van Ravenhorst een aircosysteem te ontwikkelen dat buitenlucht terugkoelt en vervolgens gelijkmatig door de auto verdeelt. Tests met het systeem verliepen goed en er rijdt er al een Mantrans-vrachtwagen rond met het nieuwe gepatenteerde actieve koelsysteem. Mandersloot voorziet daarmee in een marktbehoefte, maar rijdt daarmee óók voor de troepen uit, realiseert hij zich. ‘Formeel hebben we te maken met een vervoersverbod vanaf 35 graden. Doordat we temperatuur en luchtvochtigheid nu ook bij hogere temperaturen kunnen reguleren, is die grens wat ons betreft geen harde meer. Dat is een plus voor dierenwelzijn maar tevens voor de bedrijfsvoering.’

Hans Kamphof groeide op in het veevervoer bij het bedrijf dat zijn vader begon: Kamphof Veetransport uit Heino. Inmiddels is dat overgenomen door Groot Zevert Livestock in Eibergen, waar hij nu manusje van alles is. Hitte is een uitdaging, maar zeker geen onoverkomelijke, vindt hij. ‘Als je goed ventileert, is er niets aan de hand. In onze wagens zitten temperatuurregelaars, dus naarmate het warmer wordt in de auto, gaan de ventilatoren sneller draaien.’ Daarnaast zijn er andere maatregelen die aansluiten op het hitteprotocol. ‘Mijn beladingsgraad gaat bij extreme temperaturen omlaag en we plannen ritten buiten de middaguren om. Laden en lossen doen wij niet tussen 13 en 18 uur. En áls wij dan rijden, dan leeg of het moet een hele lange rit zijn. Bij hoge temperaturen moet de wagen sowieso in beweging blijven, want als je stil komt te staan, beginnen de moeilijkheden.’

Door het hitteprotocol rijdt Groot Zevert nu een soort zomerrooster. ‘Momenteel beginnen slachterijen twee uur eerder, maar dat is volgens mij onvoldoende. Het zou het best zijn als slachterijen in hete periodes van 20 tot 14 uur slachten. Maar ik realiseer me dat dit alleen mogelijk is als óók de controlerende instanties dan willen werken. Daar zit helaas de bottle neck.’