Opleiden voor arbeidsmarkt: waarom afbouw BBL per 2021?

TLN vindt het positief dat het ministerie van OCW inzet op een betere aansluiting van het beroepsonderwijs op de arbeidsmarkt. Maar TLN maakt zich zorgen om de afbouw van Beroepsbegeleidende Leerweg (BBL) vanaf 2021.

Het onderwijs krijgt te maken met bezuinigingen en de opdracht om doelmatiger op te leiden, met genoeg vakbekwame mensen in kansrijke beroepen. Het beleid van OCW is gericht op het opleiden voor beroepen van de toekomst. Het doel is dat alle leerlingen en studenten studies volgen met een goed arbeidsmarktperspectief, ook in de toekomst. Er komt extra geld voor de kwaliteit van technisch onderwijs (vmbo) en ook voor toegepast onderzoek en innovatie.

Samenwerken met bedrijfsleven

Het mbo-beleid is er meer dan ooit op gericht om studenten succesvol hun opleiding te laten afronden. Om de aansluiting tussen beroepspraktijk en onderwijs verder te verstevigen, moeten mbo-instellingen onderling en met het bedrijfsleven gaan samenwerken. In 2020 vinden er twee toekenningsrondes plaats van het Regionaal Investeringsfonds. Dit fonds bevordert de aansluiting van het beroepsonderwijs op de arbeidsmarkt in de regio. TLN heeft hier positieve ervaringen mee, onder andere met Logistics Valley, een platform dat ondernemers, overheid en kenniscentra verbindt voor een krachtige, duurzame en innovatieve logistiek.

Afbouw BBL per 2021

Extra geld voor praktijkleren blijft voorhanden in 2020. Daarna zal de geldstroom jaarlijks afnemen. TLN vindt dat geen goed idee. De Beroepsbegeleidende Leerweg (BBL) combineert een middelbare beroepsopleiding met het minimaal 3 dagen per week opdoen van praktijkervaring bij een leerbedrijf. Die combinatie blijkt van grote maatschappelijke waarde. Het saldo van maatschappelijke kosten en baten van de BBL bedraagt bijna 1,4 miljard euro per jaar. Waarom zou je dit afschaffen?

Baan en opleiding

De Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven (SBB) gaat meer maatwerk voor (werkende) volwassenen creëren, samen met MBO-instellingen. Op die manier komen de programma’s beter beschikbaar voor mensen die hun bestaande baan willen gaan combineren met een opleiding op het plaatselijke ROC of de vakschool. Dat is goed nieuws voor de transport- en logistieke sector, waar het werk in de toekomst zeker blijft, maar waar het ook zeker is dat de inhoud van alle beroepen erg gaat veranderen.