De reis van koffie

Alles begint op een koffieplantage in Colombia, Zuid-Amerika. Hier groeien de koffiestruiken op vruchtbare berghellingen waar boeren met de hand de rijpe, rode koffiebessen plukken.

De smaak van koffie hangt af van meerdere factoren, zoals de samenstelling van de bodem en het klimaat. Om zeker te zijn van de kwaliteit, neemt de branderij daarom altijd eerst monsters af.

De ruwe koffiebonen worden verpakt in jutezakken en in containers op een vrachtschip geladen. Dankzij het enorme laadvermogen en de relatief lage uitstoot is dit een van de duurzaamste manieren om koffie wereldwijd te vervoeren.

Na een lange zeereis komen de ruwe koffiebonen aan in de haven. Na het lossen van de containers worden ze met schone vrachtwagens, minimaal met Euro 6-classificatie, naar hun volgende bestemming gebracht: het warehouse.

De koffiebonen maken een tussenstop in het warehouse, waar de goederen tijdelijk worden opgeslagen. Voor koffie is dat overigens nooit lang: maximaal 48 uur. Want hoe verser de boon, hoe beter de smaak.

In de branderij krijgen de ruwe koffiebonen hun karakter. Ze worden verhit tot wel 250°C, waardoor geuren en smaken tot leven komen. Na het branden worden de bonen verpakt en voorzien van een label.

De reis eindigt in jouw kopje. Misschien heb je de bonen rechtstreeks bij de branderij besteld of gewoon uit het schap in de winkel gehaald. Hoe dan ook: dit lukt alleen met logistiek!