Vanaf afgelopen weekend mogen over het viaduct in de A7 bij Purmerend in beide richtingen geen voertuigen van meer dan 30 ton totaalgewicht. Voor verkeer in Noordelijke richting stelt Rijkswaterstaat een omrijdroute voor via Volendam over de N247 en de N244. In Zuidelijke richting is de omleidingsroute via Wormerveer via de N244 en N246.
Riskant
Het was al bekend dat het viaduct niet in goede staat was. Er gold een gewichtsbeperking tot 50 ton. Maar bij een inspectie dit weekend bleek dat de situatie nog slechter en riskanter was dan gedacht. Rijkswaterstaat heeft omwille van de veiligheid de gewichtslimiet moeten verlagen naar 30 ton. Dit betekent dat zelfs standaard trekker-oplegger-combinaties er niet meer overheen mogen.
4.300 vrachtwagens
Voor het vrachtverkeer heeft deze beperking aanzienlijke gevolgen. De A7 is de enige snelwegverbinding tussen Amsterdam en de Kop van Noord-Holland. Over het betreffende wegvak reden in 2019 – het laatste niet-coronajaar – op doordeweekse dagen in beide richtingen gemiddeld zo’n 4.300 vrachtwagens. Een groot deel daarvan zal de omleidingsroutes moeten gebruiken, die zeker twee keer zo lange rijtijden hebben.
Snel inzicht
TLN is onaangenaam verrast door de maatregel. De branchevereniging is in overleg met Rijkswaterstaat en hoopt snel inzicht te krijgen in de mogelijkheden om de weg te verstevigen en weer voor zwaar vrachtverkeer open te stellen. ‘We hadden graag in een eerder stadium met Rijkswaterstaat meegedacht over mogelijke oplossingen, de wijze van communiceren en het instellen van omleidingsroutes’, aldus TLN.
Budgettekort
TLN begrijpt dat veiligheid voorop staat maar maakt zich zorgen over het achterstallige onderhoud en het tekort aan middelen dat Rijkswaterstaat krijgt voor onderhoud en renovatie. Vorig jaar waarschuwde Rijkswaterstaat dat er door budgettekort vaker storingen zullen optreden en spoedreparaties nodig zullen zijn. Ook waarschuwde de wegbeheerder dat er vaker maatregelen moeten worden getroffen, zoals snelheidsbeperkingen of gewichtsbeperkingen. TLN heeft op diverse politieke en bestuurlijke niveaus hiervoor al vaker aandacht gevraagd, onder meer bij het Notaoverleg MIRT (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport) dit voorjaar en het Commissiedebat MIRT van afgelopen juni. Het ging daarbij steeds om het onderhoud dat jarenlang vooruit is geschoven en de middelen die ontoereikend zijn.