De Hoge Raad stelt dat de werkgever door de komst van de compensatieregeling transitievergoeding geen financiële schade lijdt door het beëindigen van het dienstverband na twee jaar ziekte. Alleen wanneer de werkgever een zwaarwegende reden heeft om het dienstverband niet te willen beëindigen, zoals wanneer er nog reïntegratiemoeilijkheden zijn, kan het dienstverband in stand blijven. Bij het beëindigen van een slapend dienstverband kan de werknemer aanspraak maken op betaling van de transitievergoeding.
Bijna tegelijk met deze uitspraak van de Hoge Raad komt de wijziging van de berekening van de transitievergoeding door de invoering van de Wet Arbeidsmarkt in Balans per 1 januari aanstaande. Omdat de nieuwe wijze van berekening er meestal toe leidt dat de transitievergoeding lager uitpakt, zullen veel werknemers met een slapend dienstverband zich nog dit jaar bij je melden met een beëindigingsverzoek. Je kunt aan dergelijke verzoeken doorgaans het beste meewerken, omdat je bij een beëindiging van het dienstverband in 2019 de daarmee gemoeide transitievergoeding vergoed krijgt volgens de compensatieregeling. Weiger je echter om het dienstverband dit jaar te beëindigen en leidt dat ertoe dat de werknemer een lagere transitievergoeding krijgt, dan lijdt de werknemer schade en kun je verwachten dat de werknemer zijn schade zal proberen op jou te verhalen. Deze schadevergoeding wordt uiteraard niet door het UWV vergoed via de compensatieregeling.
Het is aan te raden als werkgever om in deze situatie de regie te houden en te inventariseren welke werknemers je nog in dienst hebt met een slapend dienstverband na twee jaar ziekte. Voor advies over hoe je het beste met jouw situatie om kunt gaan, kun je contact opnemen met TLN via 088-4567567 of per mail via sociaal@tln.nl.