Afgelopen jaren is enkele keren pijnlijk duidelijk geworden dat achterstallig onderhoud voor flinke problemen kan zorgen. Een gestructureerde aanpak, zoals nu is voorgesteld, zorgt ervoor dat vervelende verrassingen zoals destijds bij de Merwedebrug kunnen worden voorkomen.
Van economisch levensbelang
“De minister heeft goed geluisterd naar de boodschap vanuit de transportsector”, aldus TLN-voorzitter Arthur van Dijk. “Voor ons land is een goede doorstroming van economisch levensbelang. Wegen zijn de bloedbanen van het Nederlandse lichaam”.
Daarom ook is hij blij dat de minister bij het bepalen van de volgorde van werkzaamheden uitgaat van naar de maatschappelijke schade als gevolg van sluiting van bruggen en tunnels.
Goede aanpak
Van Dijk erkent dat werkzaamheden tijdelijk voor overlast kunnen zorgen, maar een goede organisatie van het werk, overleg met de weggebruikers en optimale communicatie kunnen overmatige hinder tegengaan.
“Onverwachte werkzaamheden waarbij op meerdere punten doorvoerwegen zijn afgesloten, zijn voor transporteurs grote nachtmerries. Daarom is de voorgestelde geplande aanpak een goede”.
Nederland in beweging houden
De TLN-voorzitter is positief over de 200 miljoen extra per jaar vanaf 2020 voor het onderhoud, maar zegt tegelijkertijd dat er meer nodig is om Nederland in de toekomst echt in beweging te houden.
“Onderhoud is wezenlijk, een goede planning onontbeerlijk, maar het lost niet de bestaande knelpunten op. Zonder voldoende investeringen in uitbreiding houden we in Nederland de files die Nederland jaarlijks nu al meer dan een miljard aan schade kosten. Als ik kijk naar de voortvarendheid waarmee deze minister het onderhoud aanpakt, verwacht ik dat zij ook oog zal hebben voor de noodzaak de overige knelpunten snel aan te pakken”, aldus Van Dijk.