Gezamenlijk statement over voortzetting van de Regeling voor Vervroegde Uittreding

Gezamenlijk statement TLN, FNV Transport & Logistiek en CNV over de voortzetting van de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU).

Om werknemers met zwaar werk te kunnen ontzien, is in het Pensioenakkoord van 2019 afgesproken dat werknemers de mogelijkheid geboden wordt maximaal drie jaar voor hun AOW-leeftijd te stoppen met werken. Ter overbrugging van de periode tot aan hun AOW-leeftijd mag de werkgever een bedrag ter hoogte van een netto AOW-uitkering voor alleenstaanden aan de werknemer uitbetalen, zonder dat daarover een zogeheten RVU-boete hoeft te worden betaald.

Cao, arbeidsmarkt, onderhandelingen,

Deze regeling, bekend geworden als de RVU, is een tijdelijke regeling die per eind 2025 afloopt. Cao-partijen wijzen erop dat deze RVU dan ook wordt aangeduid als een overgangsmaatregel en dat in het pensioenakkoord gesteld wordt dat “het doel […] is zo snel mogelijk te komen tot een structureel pakket aan maatregelen, dat uiterlijk in werking kan treden voor de afloop van de bovengenoemde overgangsmaatregelen.”

Cao-partijen in het beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen achten het van belang dat tenminste de huidige mogelijkheden om te komen tot een RVU-regeling worden voortgezet. Er zullen bepaalde leeftijdscategorieën zijn waarvoor de huidige duurzame inzetbaarheid maatregelen te laat komen. Cao-partijen moeten daarbij in de gelegenheid gesteld worden om samen de criteria te bepalen op grond waarvan werknemers van de regeling gebruik kunnen maken.

Wij komen hiertoe omdat

  • wij constateren dat wij een inhoudelijk goede regeling hebben opgezet die voldoet aan de beoogde doelstellingen  en recht doet aan de afspraken in het pensioenakkoord;
  • wij in toenemende mate vragen ontvangen van werknemers die zich zorgen maken dat zij na 2025 geen gebruik meer kunnen maken van de RVU;
  • wij als Cao-partijen er waarde aan hechten duidelijkheid te verkrijgen over de mogelijkheden, zodat wij op korte termijn aan tafel kunnen over de wijze waarop de regeling kan worden voortgezet.